woensdag 10 juni 2015

Grasmus

De grasmus zélf is geen opvallende vogel, maar de zang compenseert dit volledig. Het is een markante, krassende zang, alsof de vogel erg zijn best doet maar gewoon niet zoveel 'talent' heeft. Grasmussen zijn 'pioniervogels' zoals paardenbloemen dat zijn in de plantenwereld.

Zang is kenmerkend, op en neer gaand riedeltje, tamelijk scherp en krassend. Zit veel variatie in. Roep (audio player) o.a. een karakteristiek hees tsjèrrr.

Ze zijn te vinden op plekken waar velden met ruigtekruiden, omzoomd door struweel, de overhand hebben. Ondanks zijn naam is de grasmus niet nauw verwant aan de huismus. De 'familie' van de grasmussen is vooral een in het zuiden van Europa en in Afrika voorkomende groep vogels. De gramus heeft van het hele stel veruit het grootste verspreidingsgebied. De mannetjes komen eerder terug uit Afrika dan de vrouwtjes. In die tussentijd bouwt het mannetje enkele nesten, waaruit het vrouwtje een keuze maakt. Bevalt geen van de nesten haar, dan bouwt ze alsnog haar eigen nest.

Europese verspreiding
De grasmus komt in geheel Europa voor, behalve op het bijna boomloze IJsland. Alleen langs de noord- en zuidrand van Europa broedt de soort in veel lagere dichtheden.

Voedsel- en broedbiotoop
Lage doornstruiken met een dichte kruidenvegetatie en enkele bomen die als zang- en uitkijkpost dienst kunnen doen, of open loofbossen met veel struikgewas. Grasmussen flansen een nest in elkaar laag tussen de struiken of in de vegetatie.

Voedsel
Insecten en rupsen, spinnen

Aantal legsels
Meestal twee, soms slechts één, van 4-5 eieren, soms 3-7.